Opdracht 3 Elektriciteit


Elektriciteit wordt geleverd door een elektriciteitsbron.

Voorbeelden van bronnen zijn:

- een batterij
- een dynamo
- een zonnecel
- een elektriciteitscentrale.


Een energiecentrale werkt op aardgas, kolen, olie, kernenergie, wind- of waterkracht.




Elektriciteit kan worden opgewekt in een centrale, generator, windmolen, park van zonnepanelen of

andere installatie.

Daarna wordt het vervoerd naar duizenden huishoudens en bedrijven.


Hieronder zie je een centrale die van aardgas elektrische stroom maakt.

1 De pomp voert water aan.

2 De ketel verhit het water. Er ontstaat stoom.

3 De stoom laat de schoepen van de turbine draaien.

4 De generator draait hierdoor mee.

   Een generator maakt elektrische stroom.

   Hij werkt net als de dynamo van je fiets.

5 Via de transformator gaat de elektrische stroom naar de elektriciteitskabels.

6 In de condensor koelt de stoom weer af.

   Het wordt weer een vloeistof.

   De pomp brengt het water opnieuw naar de ketel.

 


De spanning die door de elektriciteitscentrale wordt geleverd, noem je hoogspanning.

In een transformatorhuisje wordt hoogspanning omgezet in een spanning van 230 volt,

de netspanning.

 

 

 

Transformatorhuisje