Het werkstuk
Een werkstuk maken
- Voorpagina
Maak een voorpagina met daarop:
- Onderwerp / titel van jouw werkstuk
- Naam
- Klas
- Docent
- Datum
- Passende afbeelding
- Inhoudsopgave
Hierin staan de hoofdstukken en onderdelen van het werkstuk.
Achter de hoofdstukken / onderdelen vermeld je de paginanummers.
- Inleiding
In je inleiding vermeld je de volgende dingen:
- Het onderwerp
- Waarom heb je dit onderwerp gekozen?
- Wat wil je/ verwacht je te leren over jouw onderwerp?
- Hoofdstukken
Elk hoofdstuk begint op een nieuwe pagina en heeft een nieuw onderwerp.
Voor de deelonderwerpen gebruik je steeds een nieuwe alinea met eventueel een tussenkopje.
- Nawoord
In je nawoord vermeld je de volgende dingen:
- Hoe vond je het om dit werkstuk te maken?
- Wat vind je van jouw werkstuk?
- Wat zou je de volgende keer anders doen?
- Wat heb je geleerd?
- Bronvermelding
Welke bronnen heb je gebruikt?
- Een interview: naam en functie van de geïnterviewde, de datum en de plaats van het interview.
- Een boek (of folder): auteur, titel, uitgever, jaartal, druk
- Een artikel: auteur, titel artikel, naam tijdschrift, jaargang plus nummer
- Website: naam of titel van de website en de volledige URL (Google en Wikipedia zijn geen bronnen)
Lay-out en taalgebruik
- A4 formaat
- Lettertype Arial, lettergrootte 12, regelafstand 1,5
- Links uitlijnen
- Maak goede zinnen, dus geen spreek- of sms-taal
- Gebruik je eigen woorden
- Let op correcte spelling en maak gebruik van je spellingscontrole
- Gebruik leestekens
- Illustraties / plaatjes moeten over het onderwerp gaan, dus niet alleen gebruikt worden als bladvulling.
- Bij alle illustraties / plaatjes komt een bijschrift (wat zie je op de afbeelding?)
- Pagina’s nummeren
Maak jouw eigen website met JouwWeb